Beleidsdoel 7-1 Bevorderen verbetering milieukwaliteit en gezondheid
De provincie wil zorg dragen voor een gezonde en veilige leefomgeving. Zo wil zij inwoners beschermen tegen negatieve invloeden, zoals luchtvervuiling, bodemverontreiniging, veiligheidsrisico’s en geluidsoverlast, en deze waar mogelijk verminderen. Daartoe wil de provincie de milieukwaliteit als integraal onderdeel van een goede en veilige leefomgeving verder versterken. Dit doet de provincie door uitvoering te geven aan de programma’s Luchtkwaliteit, Geluidhinder en Externe Veiligheid en Bodem.
Zo werkt de provincie aan het optimaal benutten, beschermen en beheren van de bodem en ondergrond. Dit draagt bij aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Daarbij wil de provincie geen bodemverontreinigingen meer die leiden tot onaanvaardbare menselijke, ecologische en verspreidingsrisico's.
Er vindt in Zuid-Holland veel transport van gevaarlijke stoffen plaats en zijn er zijn er veel risicovolle activiteiten in Zuid-Holland. Met het beleid voor externe veiligheid wil de provincie de risico’s als gevolg van gevaarlijke stoffen voor de fysieke leefomgeving beperken.
Het milieubeleid richt zich op het minimaal behalen van de grenswaarden, en zodoende het op orde houden van een basisniveau. Voor luchtkwaliteit gaat de provincie verder: daarbij wil de provincie in 2030 de advieswaarden van de WHO behalen, zoals geldend in 2019. In aansluiting bij de landelijke doelstelling werkt de provincie toe naar een Zuid-Holland zonder Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) en potentieel Zeer Zorgwekkende Stoffen. De provincie wil een versterking van de landelijke wettelijke basis om deze stoffen te kunnen verminderen.
De provincie draagt via de instrumenten vergunningverlening, toezicht en handhaving bij aan een veilige leefomgeving en een duurzame economie. Dit doet zij vanuit haar rol als bevoegd gezag voor de complexe bedrijven in Zuid-Holland. Dat gaat in samenwerking met de 5 Zuid-Hollandse omgevingsdiensten.
De provincie zet in op een kwalitatief hoogwaardige taakuitvoering van milieu- en groene taken door de omgevingsdiensten.
Beleidsdoel 7-2 Bevorderen recreatie, duurzame toerisme en sport
De provincie draagt bij aan een gezonde levensstijl van haar inwoners. Dit doet ze door het aanmoedigen van voldoende en gevarieerde aanbod van sport- en recreatievoorzieningen. De provincie wil voldoende (groene) openbare ruimte om in te verblijven en te bewegen. Dit zowel binnen als buiten de stad. De provincie wil dat zoveel mogelijk inwoners meedoen aan sporten en kunnen recreëren in hun vrije tijd. En dit dan vooral in en dicht bij de woonomgeving (‘om de hoek’). Het doel van de provincie is dat mensen meer naar buiten gaan om te ontspannen, bewegen of sporten.
Recreatie, toerisme en sport zijn belangrijk voor brede welvaart. Ze dragen bij aan een gelukkig en gezond leven, de regionale economie en instandhouding/verbreding van de voorzieningen in de buurt. Veel bezoekers die zich op 1 plek verzamelen of in kwetsbare gebieden komen, kunnen problemen veroorzaken. Dit kan leiden tot een slechte ervaring voor bezoekers en bewoners. Maar ook tot schade of verstoring van de natuur, een te hoge belasting voor het milieu, of verkeersproblemen. De provincie wil dat toerisme en recreatie in balans zijn met de omgeving. Ze wil dat toerisme en recreatie - met alle voor- en nadelen - uiteindelijk bijdragen aan het welzijn van de mensen.
Beleidsdoel 7-3 Klimaatbestendig Zuid-Holland, opgewassen tegen het effect van klimaat
Beperken maatschappelijke kosten door bodemdaling
De provincie zet zich in om klimaatverandering tegen te gaan. Ze werkt aan het verminderen van de CO2-uitstoot en bodemdaling in de Veenweidegebieden volgens de afspraken uit het Klimaatakkoord, onderdeel land- en landgebruik. In Veenweidegebieden moet 1 Mton CO2 worden bespaard in 2030. Het Zuid-Hollandse aandeel in de opgave wordt ingeschat op 21%, ofwel: 0,21 Mton. De provincie werkt hierbij samen met agrariërs , mede-overheden en maatschappelijke partijen in de veenweidegebieden via een gebiedsgerichte aanpak in het kader van het Zuid-Hollands Programma Landelijk Gebied. Hierbij is zij zich ons ervan bewust dat de keuzes die ze maken om bodemdaling te remmen, het watersysteem en landgebruik onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Ook is verdere kennisontwikkeling en beleidsvorming nodig. In overleg met de mede-overheden, maatschappelijke partijen, kennisinstituten en andere partijen werkt de provincie hieraan.
Klimaatadaptatie
Het klimaat verandert. Het wordt warmer, er is meer kans op een extreme regenbui, op een hittegolf en op een lange droge periode. De zeespiegel stijgt en als gevolg daarvan neemt de kans op een overstroming toe. Door lange droogte daalt de bodem. Zuid-Holland is kwetsbaar voor klimaatverandering door zijn ligging aan zee en door zijn lage ligging. De snelheid waarmee klimaatveranderingen zich manifesteren (extreme buien, droogte, hitte, zeespiegelstijging, bodemdaling) neemt nog altijd toe.
De provincie wil dat Zuid-Holland een fijne plek blijft om te werken, wonen en recreëren, ook als omstandigheden veranderen. Daarom neemt de provincie nu maatregelen om zich voor te bereiden op klimaatopgaven als weersextremen (hitte, droogte, wateroverlast, overstromingen), zeespiegelstijging en bodemdaling. Samen met waterschappen, gemeenten en het Rijk zorgt de provincie voor een klimaatbestendig en waterrobuust ingerichte provincie in 2050. Niet alleen om schade en overlast te beperken, maar ook vanuit haar ambitie te streven naar een gezonde, groene leefomgeving, een aantrekkelijk vestigingsklimaat, goede bereikbaarheid en een veerkrachtige innovatieve economie.
De inzet van de provincie is om de overgang naar een klimaatbestendige provincie onlosmakelijk onderdeel uit te laten maken van het gehele provinciale beleid en de praktijk. Klimaatadaptatie is een dwarsdoorsnijdend thema dat vele beleidsterreinen raakt. Denk aan infrastructuur, landbouwtransitie, natuur, stedelijke ontwikkeling, etc. Op al deze terreinen zet de provincie in op de bescherming van mensen, leefomgeving en economie, tegen de gevolgen van overstromingen en extreem weer. Bijvoorbeeld door het stimuleren van innovatieve oplossingen voor waterberging en voorkomen van hittestress in stedelijk gebied. Ook werkt de provincie aan een duurzame zoetwatervoorziening waarbij vraag en aanbod in balans zijn, en aan het voorbereiden van onze natuur en economie op de klimaatverandering.
De inzet van de provincie is tevens om bij ruimtelijke ontwikkelingen (nieuw of in bestaand bebouwd gebied) de betrokken partijen de risico’s als gevolg van de klimaatopgaven expliciet mee te laten wegen bij de locatiekeuze of inrichting van het gebied. Daarbij maakt de provincie in ieder geval gebruik van de uitkomsten van de klimaatstresstesten die overheden hebben uitgevoerd (volgens de afspraken uit het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie). Op die manier wordt bij nieuwe ruimtelijke projecten rekening gehouden met de impact van klimaatverandering en kan het risico op schade en slachtoffers voor zover dat redelijkerwijs haalbaar is, worden beperkt. Centraal vertrekpunt daarbij is dat de provincie meer ruimte bieden aan het water, natuurlijke processen, en groen. Dit uitgangspunt draagt tevens bij aan andere opgaven als een gezonde leefomgeving, bescherming van de natuur en de verhoging van biodiversiteit.
Door beleid tijdig aan te passen, maakt de provincie tevens gebruik van kansen om adaptieve maatregelen mee te nemen in al geplande ruimtelijke projecten of ontwikkelingen, bijvoorbeeld op gebied van beheer en onderhoud van de eigen bezittingen als gebouwen, wegen en infrastructuur. Hiermee kan de provincie geld slimmer inzetten en bespaart ze kosten, beperken we schade en overlast, en geeft het goede voorbeeld.