Samenvatting

Dit is de begroting van de provincie Zuid-Holland voor 2025. Het afgelopen jaar werkten we hard aan de uitwerking van de plannen uit het coalitieakkoord ‘Krachtig Zuid-Holland’. Dit deden we samen met Provinciale Staten. In de Voorjaarsnota 2024 verwerkten we eenmalige verhogingen van het budget die uit het akkoord volgden. Deze begroting gaat daarmee verder en richt zich op het langdurig veiligstellen van voldoende geld voor belangrijke provinciale opgaven. Dat betekent dat we standaard meer geld uitgeven aan de vier belangrijke opgaven: wonen, water, werken (economie) en wind (energie).

Voor sommige taken die de provincie langdurig uitvoert, moeten we nu steeds opnieuw geld zoeken. We maakten ons sterk voor vaste budgetten voor deze taken. We kunnen deze ontwikkeling niet in één keer afronden. Dat komt omdat daar nog geld voor ontbreekt. Daarnaast geeft het Rijk steeds vaker tijdelijk geld voor taken die we standaard uitvoeren. Om dit te kunnen opvangen, moeten we flexibel met ons geld omgaan.
Realistisch begroten is ons uitgangspunt. De Zuid-Hollandse jaarrekening wijkt meestal minder dan vijf procent af van de verwachting. Dat is netjes en toch willen we het nog beter doen. Deze ambitie heeft alle aandacht van de organisatie en het college, in lijn met de wens van de Provinciale Staten.

We stelden deze begroting op in een onzekere tijd. Zeker, het economisch vooruitzicht voor komend jaar is volgens het CPB, ook voor Zuid-Holland, goed. De Zuid-Hollandse economie is een open economie: we zijn afhankelijk van wat zich ergens anders afspeelt. Denk hierbij aan de beschikbaarheid en het transport van grondstoffen en voedsel. Maar natuurlijk ook aan mensen: op zoek naar werk en op zoek naar een veilige omgeving.

En de plannen van het nieuwe kabinet hebben ook invloed op de provincie. We weten al dat het Transitiefonds grotendeels is opgeheven. Dat maakt het moeilijk om genoeg geld te vinden voor de plannen die wij met onze gebiedspartners aan het maken zijn. Dit terwijl onze doelen groot en onveranderd zijn. Tegelijkertijd weten we bijvoorbeeld dat we de komende jaren geld krijgen voor agrarisch natuurbeheer en vernieuwing in de landbouw. Wij hebben in deze begroting geld vrijgemaakt voor een sterk platteland, maar dit is niet genoeg. Daarom moeten we soepel en creatief zijn, en op een andere manier zoeken naar geld. Dat geldt niet alleen voor dit onderwerp, maar ook voor bijvoorbeeld wonen, waaronder ook de huisvesting van arbeidsmigranten en asielzoekers.

We hebben deze begroting opgesteld met de inzichten die we nu hebben, dus nog voor het uitkomen van de plannen van het kabinet. We zien het komende jaar als een overgangsjaar waarin we veel verandering verwachten. Zowel door interne maatregelen, zoals het opnieuw bekijken van de geldzaken, als ook door een veranderende omgeving.  Zoals vaak het geval is, maken we eerst kosten voordat we geld binnenkrijgen. Dat zien we terug in deze begroting. Het komende jaar werken we onze plannen verder uit om goed doordachte keuzes te kunnen maken. Zo kunnen we in 2026 een  plan aanbieden voor hoe we de komende jaren onze geldzaken goed regelen. Het is onvermijdelijk dat we daarvoor soms lastige keuzes moeten maken. Tegelijkertijd hopen we dat er snel uitzicht is op herstel van de zogeheten weeffout. Dit moet ook ruimte geven in onze begroting.  We krijgen een moeilijk jaar waarin veel gaat gebeuren. Dat betekent dat we soepel moeten zijn. In een krachtig Zuid-Holland staan wij hier klaar voor en hebben we er vertrouwen in dat we voortdurend verbeteren.

Het college van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland.
November 2024
Krachtig Zuid-Holland