Om de beleidsdoelen voor de ambitie te halen, hebben we deze vertaald in een aantal beleidsprestaties. Die staan hieronder beschreven.
Beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen
Beleidsprestatie 2-1-1 Stimuleren transitie naar duurzaam, veilig en slim personenvervoer
Bereikbaarheid door nabijheid
De bereikbaarheid bestaat uit de tijd die nodig is om je bestemming te bereiken. Daarvoor zijn er 2 knoppen waar we aan kunnen draaien: de snelheid per vervoersmiddel en de afstand naar bestemmingen. Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen vraagt om meer aandacht voor de nabijheid van voorzieningen bij woningen en de nabijheid van woningen bij banen. Door in te zetten op nabijheid vergroten we de bereikbaarheid en dragen we bij aan de economische groei.
- Dit bereiken we door meer nadruk te leggen op het bouwen van woningen na bij voorzieningen, zoals hoogwaardig openbaar vervoer en bij ruimtelijke ontwikkelingen altijd de gevolgen van bereikbaarheid mee te nemen. We doen onderzoek naar hoe we, binnen het ruimtelijk en mobiliteitsbeleid van de provincie en gemeentes, hogere dichtheden kunnen bouwen op goed bereikbare plaatsen.
- We bespreken wekelijks de ruimtelijke plannen met een (nieuwe) aansluiting op de provinciale weg en/of plannen met meer dan 250 nieuwe motorvoertuigbewegingen per dag. Hiermee zorgen we dat bereikbaarheid wordt meegenomen in de planvorming.
Bevorderen lopen en vaker en verder fietsen door meer mensen
We streven ernaar dat mensen veilig en aantrekkelijk kunnen lopen en fietsen naar hun dagelijkse voorzieningen en het openbaar vervoer. Dit draagt bij aan de volksgezondheid, de bereikbaarheid, leefbaarheid en de mogelijkheden tot stedelijke verdichting, vergroening en verduurzaming. Op basis van de in 2024 uitgevoerde Verkenning voetgangersbeleid stellen we in 2025 een programma op voor de jaren 2025-2027.
Op basis van het onderzoek van de landelijke Rekenkamer ontwikkelen we in 2025 een nieuw fietsbeleid. Belangrijk punt blijft naar verwachting het samen met andere overheden aanleggen van doorfietsroutes.
Veilig gedrag in het verkeer
De provincie vindt ieder verkeersslachtoffer er één te veel en streeft naar elk jaar minder verkeersslachtoffers en nul verkeersslachtoffers in 2050. Om het verkeer in onze provincie veiliger te maken, werkt de provincie samen met: het Rijk, de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, onze 6 bestuurlijke regio's, de gemeenten, waterschappen, politie, het Openbaar Ministerie, het Regionaal Ondersteuningsbureau Verkeersveiligheid (ROV Zuid-Holland) en andere partners (zoals ANWB, Fietsbond, Veilig Verkeer Nederland). De 29 concrete acties waar we aan werken, staan in het Uitvoeringsprogramma Verkeersveiligheid Zuid-Holland 2021-2030 (UPV 2021-2030)
- Het ROV Zuid-Holland ondersteunt ieder jaar het verkeersonderwijs en ontwikkelt programma's voor gedragsbeïnvloeding. Zij vertaalt landelijke voorlichtingscampagnes voor regionaal gebruik, en deelt kennis en ervaringen over gedragsbeïnvloeding in het verkeer. In 2025 gaat zij extra aandacht geven aan de uitrol van het nieuwe programma #impact. Dit richt zich op gedrag van jongeren en jongvolwassenen in het verkeer. Ook het programma School op Seef voor het basisonderwijs wordt vernieuwd.
- We zetten de ambtelijke ronde-tafel-overleggen Verkeersveiligheid op thema’s infrastructuur, verkeersgedrag en handhaving met externe partners voort;
- We organiseren bijeenkomsten voor lokale overheden met als doel kennisuitwisseling.
- De samenwerking met politie en openbaar ministerie wordt vergroot met als doel effectievere verkeershandhaving in Zuid-Holland;
- We nemen deel aan Regionale Platforms Verkeersveiligheid (RPV’s), waar kennisuitwisseling en begeleiding op het gebied van Verkeersveiligheid plaatsvindt;
- We evalueren het Uitvoeringsprogramma 2021-2030 en we vertalen nieuwe inzichten in belangrijke risicogroepen in het verkeer opnemen in beleid.
Schonere mobiliteit
De provincie wil bijdragen aan een betere leefbaarheid en het voorkomen van klimaatverandering en werkt daarom samen met andere partijen aan schonere vormen van mobiliteit met minder uitstoot van schadelijke stoffen en de bijbehorende tank- en laadinfrastructuur.
- We voeren de Regionale Aanpak laadinfrastructuur samen met de provincie Zeeland uit . Hier zetten we ons in voor het plaatsen en aanbieden van laadpunten voor het publiek, en het aanmoedigen van bedrijven om laadpunten te plaatsen.
- We onderzoeken of het mogelijke is om provinciale grond beschikbaar te stellen voor laadpunten en bieden deze locaties aan de markt aan.
Slimmere mobiliteit & digitalisering
We willen het regionale mobiliteitssysteem (weg, water, spoor, OV, fiets, lopen) beter benutten om zo capaciteitsproblemen te voorkomen en/of beperken.
- We werken binnen het programma Verbonden Fietsen samen met andere provincies aan de lancering van een nieuwe app. Hiermee kan een fietser eerder groen licht krijgen bij verkeerslichten. Zo moedigen we het fietsgebruik in de provincie aan en halen we bruikbare data op.
- Samen met de MRDH, het Rijk, en de ruim 50 gemeenten brengen we de mobiliteitsdata in de regio op orde. Dit doen we door het ondersteunen van het regionaal datateam (onder de vlag van Zuid-Holland Bereikbaar). Maar ook door het deelnemen aan het Digitaal Stelsel Mobiliteitsdata waar landelijke afspraken worden vastgelegd.
- Binnen het Realisatiepact Rotterdam verkennen we een verdere uitrol van vrachtwagen-prioriteit bij verkeerslichten binnen onze regio (slimme logistiek). We maken gebruiken van slimme, digitale oplossingen waarmee we logistieke processen verder kunnen verbeteren.
- We bekijken binnen de concessie Zuid-Holland Noord de mogelijkheden voor deels zelfstandig rijdend openbaar vervoer op weg en op bus depots. Dit doen we in samenwerking met onze vervoerder.
- In het Europese samenwerkingsprogramma Synchromode onderzoeken we hoe verkeersmodellen en AI kunnen bijdragen aan slim verkeersmanagement bij grote evenementen, extreme stranddrukte en de hinderopgave in onze regio.
Stimuleren bewust mobiliteitsgedrag
Om capaciteitsproblemen te voorkomen willen we bewuster mobiliteitsgedrag stimuleren en tegelijkertijd overlast door werkzaamheden zoveel mogelijk beperken.
- We werken met het Rijk, ProRail, MRDH, gemeente Rotterdam, gemeente Den Haag en Havenbedrijf Rotterdam samen aan de Bereikbaarheidsaanpak Zuid-Holland Bereikbaar .
- Bij renovatie, onderhoud en aanleg en verbetering van infrastructuur beperken we de hinder zoveel mogelijk tot een aanvaardbaar niveau. We stemmen planningen op elkaar af en communiceren hier over. Daarnaast doen aan verkeers- en mobiliteitsmanagement (via werkgevers). We werken gebiedsgericht op regioniveau, waarbij de inzet afhangt van de te verwachten hinder.
- We grijpen de hinderaanpak aan als een kans om reizigersgedrag te veranderen, om na de werkzaamheden blijvend op een andere manier te reizen.
- We ondersteunen werkgevers en moedigen hen aan om hun werknemers op een duurzamere manier te laten reizen. Dit doen we met onderzoeken naar reisgedrag en 1-op-1-gesprekken.
Beleidsprestatie 2-1-2 Adequaat en duurzaam aanbod openbaar vervoer
Snel internationaal openbaar vervoer en optimaal hoofdrailnet van het Rijk
De provincie is niet het bevoegd gezag over het hoofdrailnet. Daarom werken we samen met andere lokale overheden als gemeenten, de MRDH, de verschillende regio’s, en het Rijk. We werken aan voorstellen om het hoofdrailnet te verbeteren. Via het Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruimte en Transport (MIRT) werkt de provincie mee aan diverse projecten van anderen. De infrastructuurprojecten zijn onderdeel van de beleidskeuze ‘Voorbereiding (provinciale) infrastructuurprojecten en bijdragen aan projecten van anderen’.
Goed en schoon regionaal openbaar vervoer
Het aanbieden van regionaal openbaar vervoer is een wettelijk taak. We doen dat door openbaar vervoer concessies aan te besteden en te managen. In 2025 werken we aan een toekomstvisie openbaar vervoer als onderdeel van het Omgevingsbeleid. De toekomstvisie gaat onder andere over het openbaar vervoer netwerk die past bij de geplande woningbouw, de ambities voor publiek vervoer en deelmobiliteit, de rol van de provincie bij publieke vervoerstallingen en laadstations, en het bevorderen van circulariteit binnen het openbaar vervoer.
- Het aantal reizigers is nog niet op het niveau van voor de coronaperiode. In 2025 bieden we meer openbaar vervoer aan dan in de afgelopen jaren. Dit komt zowel door een goed aanbestedingsresultaat voor de nieuwe concessieperiode in Zuid-Holland Noord die met ingang van de dienstregeling 2025 start, als de inzet van de Bikker-gelden in de verschillende concessies.
- In het concessiegebied Hoeksche Waard Goeree-Overflakkee start eind 2025 een nieuwe concessieperiode die in 2025 wordt voorbereid.
- In de nieuwe concessie in Zuid-Holland Noord start in 2025 de nieuwe dienstregeling. De vervoerder biedt hierbij deelfietsen aan. Door het faillissement van de bouwer van elektrische bussen zal ongeveer de helft van alle de bussen in het concessiegebied Zuid-Holland-Noord in 2025 elektrisch zijn (en niet het volledige wagenpark zoals in de concessie stond). In 2025 wordt een nieuwe type elektrische bus getest. Wanneer deze bevalt dan zal de vervoerder deze bussen aanschaffen zodat het volledige wagenpark elektrisch is.
- In 2025 start de bouw van de nieuwe treinen voor de Merwedelingelijn. De treinen worden in 2027 geleverd. We werken met ProRail samen aan langere perrons, een nieuw opstelterrein en uitbreiding van de energievoorziening.
- Afhankelijk van afspraken met vervoerders en gemeenten voeren we in al onze concessiegebieden een reisproduct in voor personen met een laag inkomen (zogenaamde minimaproduct). Zo kunnen zij met korting gebruikmaken van het openbaar vervoer. Vanwege de invoering van OVpay (betalen met bankpas in het openbaar vervoer) werken we hiernaast aan de aanpassing van het tarievenkader. Dit om de reiziger een zo aantrekkelijk mogelijk tarief te bieden.
- We werken aan een masterplan voor de toekomst van de Waterbus. De Waterbus is een aanvulling op het openbaar vervoer netwerk waar geen bruggen en tunnels zijn. Hierbij is het doel om het aanbod zo gericht mogelijk op wensen van de reiziger aan te laten sluiten en de bedrijfsvoering te optimaliseren.
- In 2025 stellen we de toekomstverkenning voor de Veerdienst Maassluis-Rozenburg vast. In de toekomstverkenning geven we aan hoe de veerdienst er in de toekomst uit gaat zien. Dit omdat het reizigersaanbod na de opening van de Blankenburgverbinding zal veranderen.
Deelmobiliteit & publiek vervoer
De provincie wil dat andere vormen van vervoer de bereikbaarheid van een gebied, of de keuze van de reiziger, vergroot en dat het vervoer beter aansluit bij wensen van reizigers. Kleine kernen en steden moeten met het openbaar vervoer toegankelijk blijven.
- We moedigen het gebruik van deelfietsen aan bij (hoogwaardige) openbaar vervoer haltes om bestemmingen die 1 tot 3 kilometer van de halte liggen beter bereikbaar te maken.
- In 2025 onderzoeken we of en op welke wijze het mogelijk is om openbaar vervoer en doelgroepenvervoer in de Drechtsteden te combineren. Dit doen we samen met het Rijk en regiogemeentes. Het doel hiervan is met bestaande budgetten het vervoer te verbeteren en betere dienstverlening te bieden.
Beleidsprestatie 2-1-3 Duurzaam en efficiënt goederenvervoer
Het vervoer van goederen dient zo efficiënt en schoon mogelijk plaats te vinden en bij te dragen aan de bereikbaarheid, economische ontwikkeling en leefbaarheid. Dit is belangrijk voor onder andere de haven en de industrie. Daarbij vindt de provincie het benutten van de verschillende modaliteiten weg, water, spoor en buisleidingen van groot belang om de beschikbare capaciteit optimaal te benutten.
Modal shift, regionale hubs en zero emissie
De provincie wil de verwachte groei in de logistieke sector en gevolgen van de grote onderhoudswerkzaamheden rondom Rotterdam in goede banen leiden. Door de ontwikkeling van regionale hubs voor haven-, vers, stads en bouwlogistiek te stimuleren wordt de verschuiving van lading naar relatief duurzame vervoerwijzen, zoals binnenvaart, buisleidingen en spoor gefaciliteerd. Hiermee wordt de weginfrastructuur ontlast en de uitstoot van schadelijke stoffen beperkt.
- Om een dekkend netwerk van regionale hubs langs de drukste transportroutes te realiseren werken we mee aan de aanleg van containerpleinen, truckparkings, reeferhubs en laadinfra .
- We werken mee aan ruimtelijke aanpassingen voor het verbeteren van treinverbindingen voor vers transport. Vernieuwende spoorplannen als Lorry Rail en Cargo Beamer worden in 2025 verder verkend. Dit zijn stations waar trailers met versproducten op de trein worden gezet.
- We zetten logistiek makelaars in om lading van een groot aantal verladers en vervoerders te bundelen
- We stimuleren de overgang naar een uitstootvrije, bijvoorbeeld elektrisch aangedreven binnenvaart. Hierbij hebben we aandacht voor de kleinere schepen en het fijnmazige vaarwegennet.
- We nemen deel aan het netwerk RH2INE waarbinnen het gebruik van waterstof in de binnenvaart wordt gestimuleerd.
Versterken en veilig houden van Goederencorridors
- We werken samen met partners in Nederland en NordRhein-Westfalen aan verduurzaming van de binnenvaart.
- We zetten in op Europese transportroutes, in het bijzonder EGTC (European Grouping of Territoral Coöperation)waarvan we de Vice voorzitter zijn.
Inzet op digitalisering
Digitalisering is belangrijk voor het inzichtelijk maken van vervoersstromen, hierdoor kan de efficiëntie van transportmodaliteiten verhoogd worden. Logistieke processen binnen en tussen vervoerbedrijven zijn al grotendeels digitaal, maar er is ruimte voor verbetering. In 2025 onderzoeken we hoe het bundelen van goederenstromen kan verbeteren met behulp van digitalisering. Ook onderzoeken we welke digitale behoeften logistieke bedrijven hebben.
Beleidsprestatie 2-1-4 Voorbereiding provinciale infrastructuurprojecten en -subsidies (PZI)
We werken aan de voorbereiding van verschillende provinciale projecten voor aanleg en verbetering van infrastructuur. Dit betreft geen beheer en onderhoud of vervanging van bestaande infrastructuur (zie beleidsprestatie 2-2-1 Beheer en onderhoud: op orde en duurzaam). Deze projecten hebben als doel om de bereikbaarheid en verkeersveiligheid te verbeteren, en ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk te maken. Daarnaast dragen we inhoudelijk en financieel bij aan projecten van andere overheden wanneer dit onze infrastructuur of doelstellingen raakt. In de voorbereiding is verkeersveiligheid een belangrijk uitgangspunt en bij subsidies toetsen we hierop. Subsidieverlening vindt plaats door middel van begrotingssubsidies of via de Subsidieregeling Mobiliteit .
Als onderdeel van de begroting bieden we elk jaar het PZI aan Provinciale Staten aan. Hierin geven we aanvullende informatie ten opzichte van de begroting voor aanleg en verbetering van infrastructuur. In onderstaande tekst geven we een korte samenvatting van het PZI. Voor een compleet overzicht van projecten in de initiatief en verkenningsfase verwijzen we naar het PZI 2025-2039.
Algemeen
- Met de betrokken partijen werken we maatregelen uit voor bereikbaarheidsverbeteringen op de Algeracorridor, Voorne Putten / Haven Rotterdam , het Westland en logistieke ‘hubs’ . Daarnaast ronden we de verkenning Algeracorridor Langzaam verkeerverbinding af. Met de betrokken gemeenten en de MRDH nemen we een besluit over het vervolg hiervan. Voor verbeteringen aan de Algerabrug zelf dragen we bij aan de planuitwerking. Misschien geven we al een eerste subsidie voor maatregelen die op korte termijn kunnen worden uitgevoerd.
- We geven subsidies voor regionale infrastructuurprojecten voor het verbeteren van de bereikbaarheid en verkeersveiligheid via de weg, het openbaar vervoer en de fiets. Dit doen we op basis van de door de regio’s ingediende regionale gebiedsagenda’s Mobiliteit.
Fiets
- We willen het fietsgebruik aanmoedigen door subsidies te verstrekken aan andere wegbeheerders. We zijn afhankelijk van andere wegbeheerders omdat 90% van de fietsinfrastructuur niet in beheer is bij de provincie. Dit zijn gemeenten, waterschappen en ProRail. Dit is bedoeld voor de aanleg van nieuwe of het verbeteren van bestaande fietsinfrastructuur. Daarnaast kijken we naar mogelijke maatregelen aan onze eigen provinciale fietspaden. De basis hiervoor vormt de Uitvoeringsagenda ‘Samen verder fietsen’ . In 2025 komen diverse fietsinfrastructuurprojecten waarvoor subsidie is verleend tot afronding. Ook nemen we subsidieaanvragen in behandeling voor projecten die na 2025 starten. We ondersteunen de subsidieontvangers om te komen tot een snelle uitvoering van het project waarvoor zij subsidie aanvragen. In het PZI 2025-2039 staan de projecten die wij onderzoeken, en waarvoor we subsidie gaan verlenen of hebben verleend.
- We gaan in 2025 door met het initiatiefproject fietsverbinding Bodegravenboog dat voortkomt uit de verkenning Beter Bereikbaar Gouwe . Hierbij maken we samen met het Rijk een compleet ontwerp voor de lange termijn (auto en fiets). Het doel is om te kijken of op de korte termijn een oplossing voor de fiets gerealiseerd kan worden zodanig dat een mogelijke toekomstige wegverbinding niet onmogelijk wordt gemaakt.
- We besluiten in 2025 over subsidies voor de fietsmaatregelen. Dit zoals vastligt in het besluit over afronding Beter Bereikbaar Gouwe en de Noordelijke Duin- en bollenstreek, op basis van de startnotitie Mobiliteitsaanpak Noordelijke Duin- en Bollenstreek en Haarlemmermeer . Deze is opgesteld door de regionale partijen zoals provincies en gemeenten.
Openbaar vervoer
- In 2025 werken we mee aan de MIRT-verkenning Oude Lijn . Deze MIRT-verkenning heeft afzonderlijke onderzoeken naar de spoorzones Leiden Centraal en Dordrecht, en frequentieverhoging op het spoor waar de viersporigheid Delft-Schiedam noodzakelijk is. In het PZI hebben deze onderzoeken de status verkenning.
- Samen met onze partners werken we verder aan de verkenningen naar de Spoorzone Leiden Centraal en Dordrecht. Voor het project Bus Rapid Transit Leiden – Zoetermeer, onderdeel van MIRT-verkenning Oude Lijn , nemen we een uitvoeringsbesluit voor een aantal deelprojecten.
- Ook ronden we de verkenning naar het Uitvoerings- en investeringsprogramma doorstroming openbaar vervoer af en passen we de Subsidieregeling Mobiliteit hierop aan.
- Over de gewijzigde scope voor fase 2 van de spoorcorridor Leiden - Utrecht verwachten we in 2025 een nieuw uitvoeringsbesluit aan Provinciale Staten voor te leggen, rekening houdend met het financiële kader. Fase 1 ronden we af.
- De verkenning Halteverbeterplan gaat in 2025 door met onderzoek naar wat meer ingewikkelde haltes. Deze verkenning voor het tweede deel volgt op de eerste waarvan in 2025 de uitvoering start(onderdeel beleidsprestatie 2-1-5).
- Ook bekijken we maatregelen voor Hoogwaardig openbaar vervoer in het concessiegebied Drechtsteden, Molenlanden en Gorinchem (fase 3).
Wegen
- De initiatieffase van het project verbindingsweg N208 - A44 ten zuiden van Lisse ronden we in 2025 af. zodat we een besluit kunnen nemen over het vervolg (verkenningsfase). Dit project komt voort uit de afspraken over de Mobiliteitsaanpak Noordelijke Duin- en Bollenstreek.
- We ronden de verkenningsfase voor het project Bereikbaarheid Vijfde Dorp (Zuidplas) af in 2025 zodat we een uitvoeringsbesluit kunnen nemen.
- Voor de Geluidsmaatregelen langs de N219 tussen Nieuwerkerk a/d IJssel en Zevenhuizen nemen we een uitvoeringsbesluit zodat we deze in 2026 kunnen uitvoeren.
- Voor het nieuwe Actieplan Geluid 2024-2028 starten we een verkenning voor het plaatsen van geluidschermen langs provinciale wegen.
- We dragen inhoudelijk bij aan Rijksinfrastructuurprojecten, zoals de:
- A16 Rotterdam
- A4 Burgerveen – N14
- A27 Houten – Hooipolder
- A16 Van Brienenoordbrug
- A20 verbreding Nieuwerkerk a/d IJssel - Gouda
- Hierbij kijken we naar de effecten op het provinciale wegennet, milieu, omgeving, enzovoorts. Omdat het Rijk de A4 Haaglanden-N14 en de A15 Papendrecht Gorinchem heeft gepauzeerd, overleggen we als regio met het Rijk over de gevolgen en eventuele andere maatregelen.
Goederenvervoer
Met de verkenning naar een realisatiepact Rotterdam bereiden we een gezamenlijk investeringsprogramma voor. Dit is gericht op duurzaam goederenvervoer, waaronder toekomstbestendige verbindingen tussen knooppunt Rotterdam met het Europese achterland.
Beleidsprestatie 2-1-5 Realisatie provinciale infrastructuurprojecten (PZI)
- We voeren diverse provinciale projecten uit waarbij nieuwe infrastructuur wordt aangelegd of bestaande infrastructuur wordt verbeterd. Het doel is de bereikbaarheid en verkeersveiligheid te verbeteren en ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk te maken. Dit betreft geen beheer en onderhoud of vervanging van bestaande infrastructuur (zie beleidsprestatie 2-2-1 Beheer en onderhoud: op orde en duurzaam).
- Verkeersveiligheid is het uitgangspunt bij aanleg en verbetering van en beheer en onderhoud aan infrastructuur. Omdat verkeersveiligheid standaard onderdeel is van infrastructurele projecten, heeft de provincie een beperkt aantal projecten waarbij alleen de verkeersveiligheid verbeterd. Bij verbeteringen aan bestaande infrastructuur en de aanleg van nieuwe infrastructuur gebruiken we de landelijke richtlijnen voor een veilige weginrichting.
- Als onderdeel van de begroting bieden we elk jaar het PZI aan Provinciale Staten aan. Hierin geven we aanvullende informatie ten opzichte van de begroting voor aanleg en verbetering van infrastructuur. In onderstaande tekst geven we een korte samenvatting van het PZI. Voor een compleet overzicht van projecten in de initiatief en verkenningsfase verwijzen we naar het PZI 2025-2039.
Fiets
Door het aanleggen van nieuwe en het verbeteren van bestaande fietsinfrastructuur moedigen we het gebruik van de fiets aan. De basis hiervoor vormt de Uitvoeringsagenda ‘Samen verder fietsen’ . We voeren projecten uit aan de eigen provinciale fietsinfrastructuur die vaak langs provinciale wegen ligt. In het PZI 2025-2039 staan de provinciale fietsprojecten.
Openbaar vervoer
- In 2025 zijn alle panelen voor het dynamisch reizigersinformatiesysteem op de openbaar vervoer haltes vervangen.
- We starten met de uitvoering van het eerste deel van het Halteverbeterplan inclusief de Parkeer en Reis voorziening op Algeracorridor. Het eerste project met kleinere verbeteringen voor de korte termijn ronden we in 2025 af.
- We gaan door met de realisatie van een aantal Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) verbindingen, onder andere:
- HOV Hoeksche Waard Goeree Overflakkee (waaronder Rotterdam – Oud-Beijerland)
- HOV Drechtsteden Molenlanden Gorinchem fase 1 en 2;
- HOV Noordwijk – Schiphol
- HOV Leiden CS -Katwijk - Noordwijk
Wegen
- We gaan verder met het opwaarderen van onze verkeersregelinstallaties zodat we deze kunnen inzetten voor verkeers- en incidentmanagement (zie beleidsprestatie 2-2-1) en het geven van voorrang aan bijvoorbeeld fietsers, bussen of goederentransport;
- We starten of gaan verder met de uitvoering van onder andere de:
- N207 Zuid ;
- Kruising N214/N216 en Verkeersveiligheidsmaatregelen traject N214 A en B;
- RijnlandRoute (Europaweg)
- N211 Wippolderlaan
- Verkeersveiligheidsmaatregelen traject N215 B en C
Beleidsprestatie 2-1-6 Duurzame, stille en nieuwe luchtvaart
- We zetten in op minder hinder voor omwonenden door luchtvaart in Zuid-Holland en willen het aantal nachtvluchten terugdringen. Voor ons is de geluidsruimte van Rotterdam The Hague Airport (RTHA) zoals die nu is, ook de maximale geluidsruimte. Onder andere op basis hiervan beoordelen we het nieuwe Luchthavenbesluit voor de luchthaven. Ook baseren we onze inspraakreactie in de richting van het Rijk hierop.
- We evalueren in 2025 het bestaande beleid voor kleine en recreatieve luchtvaart inclusief de beleidsregel Landen en Opstijgen. De resultaten hiervan leiden mogelijk tot nieuwe beleidsvoorstellen.
- We maken maximaal gebruik van ons netwerk om onze provinciale doelen te bereiken en op te komen voor onze belangen. Dit gaat onder meer over het beïnvloeden van nieuw landelijk beleid bij vraagstukken rond Schiphol en Rotterdam The Hague Airport (RTHA) en over de inrichting van het luchtruim. Ook de ontwikkeling en invoering van nieuwe luchtvaart zoals drones valt hieronder.
- We onderzoeken in 2025 de maatschappelijke en economische waarde van Rotterdam The Hague Airport (RTHA). Daarnaast bekijken we de waarde van de locatie voor eventuele andere functies.
- We voeren onze wettelijke taak uit voor de luchtvaart. Dit is het vaststellen van luchthavenregelingen of –besluiten, en verlenen van ontheffingen voor Tijdelijk en Uitzonderlijk Gebruik (TUG).
- We onderzoeken samen met het Rijk de mogelijkheden van een nieuw luchtruim bij Unmanned Valley in Katwijk. Dit moet het mogelijk maken om op deze locatie meer met drones te testen.
- Vanwege een sterke toename van kleinschalige luchtvaart, zoals drones is het wenselijk het luchtvaartbeleid bij te werken. In 2025 ontwikkelen we luchthavenbeleid voor nieuwe en onbemande luchtvaart. Hierin nemen we de brede maatschappelijke effecten mee zoals bereikbaarheid, geluidsoverlast, economie, veiligheid, duurzaamheid, maatschappelijke toepassingen, ruimtelijke gevolgen, privacy en draagvlak.
- We evalueren in 2025 het burgermeetnet RTHA. De uitkomsten hiervan kunnen we gebruiken bij besluitvorming over een eventueel vervolg.
Beleidsdoel 2-2 Goed functionerende provinciale infrastructuur
Beleidsprestatie 2-2-1 Beheer en onderhoud: op orde en duurzaam
Maatregelen beheer en onderhoud infrastructuur:
- In 2025 voeren we planmatig onderhoud uit aan diverse (vaar-)wegen en (beweegbare) kunstwerken. Het betreft onder andere werk aan de:
- Wegen: N214a/b (Molenlanden), N215b/c (Goeree-Overflakkee), N468a (Midden-Delfland), N481a (Peilmolenbrug). Daarnaast verrichten de regio-aannemers asfalteringswerk aan de deklaag van een groot aantal wegen, verspreid over de provincie. Het gaat vaak om kleine delen tussen 2 opeenvolgende kruispunten.
- Vaarwegen: baggeren van de provinciale vaarwegen, vervanging van de oevers in traject 6 (Heimanswetering, Woudwetering en Oude Wetering), traject 8 (Oude Rijn) en meerdere vaarwegen vooral voor recreatievaart.
- Beweegbare kunstwerken: traject 1 (Delftse Schie), Hambrug, Reineveldbrug, Kandelaarsbrug, traject 4 Julius Caesarbrug (Leiden), Koudekerksebrug (Alphen a/d Rijn), traject 9 (Gouwe), Julianasluis en Coenecoopbrug.
- Vaste kunstwerken: verschillende kunstwerken verspreid over de provincie, waaronder de vervanging van pompen en gemalen.
- We doen voorbereidende onderzoeken en inspecties om beheer en onderhoudsprojecten die nog moeten starten, zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren.
- In 2025 werken we aan een plan voor het beheer van informatie over onze eigendommen.
- In 2025 werken we aan een plan voor het beheer van keerwanden, beschoeiingen, faunavoorzieningen en de boomsoort populieren.
- We werken aan contracten voor beweegbare bruggen en verkeerssystemen. We gebruiken daarvoor dezelfde methode als voor onze vaarwegen- en wegencontracten. Deze contracten en één nieuw wegencontract voor regio Oost worden in 2025 getekend.
- We verbeteren ons continu, zodat onze processen en producten blijven kloppen. Dit is onderdeel van ons gecertificeerde kwaliteitssysteem.
Maatregelen Brugbediening, incident- en verkeersmanagement:
- We gaan in 2025 door met de digitalisering van onze verkeersinformatie. We sluiten zo veel mogelijk aan bij Europese en landelijke ontwikkelingen. Wat betreft verkeersinformatie willen we steeds meer toe naar informatie via apps in de auto’s, in plaats van informatie langs de weg.
- Naast de vlotte en veilige afhandeling van ongevallen op ons (vaar-)wegennet, zetten we in 2025 extra in op verkeersmanagement rondom vertragingen met andere oorzaken.
- Met de gemeenten Den Haag en Rotterdam ontwikkelen we nieuwe software voor het netwerkmanagementsysteem. De Incident Coördinatie-desk gebruikt dit systeem voor de aansturing van de verkeerssystemen. Denk hierbij aan de Dynamische Route Informatiepanelen (DRIP's), rijstrooksignalering en verkeersregelinstallaties (VRI’s).
- Vanaf 2025 bedienen we onze sluiscomplexen en bediencentrales met vaste medewerkers en zetten we vrijwel geen uitzendkrachten meer in. Alleen op de Otwegweteringbrug, de Kollenbrug, de Tolbrug Leimuiden en twee spoorbruggen zetten we tijdens het vaarseizoen nog uitzendkrachten in vanwege drukte en omdat deze niet op afstand worden bediend.
- In 2025 ronden we een grote cyber-security-analyse af. Hiermee brengen we de beveiliging op niveau. Dit doen we naar aanleiding van nieuwe wetgeving (NIS2). Ook maken we plannen voor het geval er cyberrisico's optreden.
Maatregelen Juridisch beheer:
In 2025 informeren we Provinciale Staten over de inzet van de buitengewone opsporingsambtenaren op de provinciale wegen. De opsporingsambtenaren zijn dan ruim 2 jaar werkzaam op onze wegen.
Maatregelen Bedrijfsvoeringsmiddelen:
Op het gebied van bedrijfsvoeringsmiddelen nemen we in 2025 de volgende maatregelen:
- In 2025 maken we een ontwerp voor de duurzame patrouillevaartuigen. De bouwwerkzaamheden starten in 2025. De vaartuigen zijn bestemd voor juridische handhaving, en beheer en onderhoud van de vaarwegen.
- Binnen het provinciehuis bouwen we de nieuwe verkeerscentrale ‘Koningspoort’. Deze centrale vervangt in de toekomst de bediencentrales in Leidschendam en Leiden, de Incident Coördinatie-desk, en het Ontwikkel-, Test- en Opleidingscentrum in Gouda.
Maatregelen Duurzaamheid:
- In 2025 blijven we projecten en onderhoudscontracten zo duurzaam mogelijk uitvoeren in lijn met de organisatiedoelen (zie hieronder). Hiermee nemen we duurzaamheid standaard mee bij het bepalen van de projectdoelen, het ontwerp en de aanbesteding. We brengen in ieder project vooraf de gevolgen voor het milieu en kansen voor duurzaamheid in beeld. Dit doen we volgens de aanpak Duurzaam GWW (grond, weg en waterbouw) en MVOI (maatschappelijk verantwoord opdrachtgeven en inkopen). We letten hierbij extra op materialen die een grote invloed hebben op het milieu, namelijk asfalt, beton en staal.
- Onze innovaties zoeken we daarom op het gebied van asfalt, beton en staal.
- Ook zoeken we naar kansen op gebied van uitstootvrij bouwmaterieel, klimaatadaptatie, biodiversiteit en circulariteit. Voor circulariteit stelden we in 2024 een Reststromenbeleid op. Dit om de materialen asfalt, beton, bagger en bermmaaisel hoogwaardiger te hergebruiken. Dit beleid gebruiken we in 2025 voor toekomstige onderhoudscontracten en -projecten.
- Op basis van ‘Life Cycle Costs’ en ‘Total Cost of Ownership’ bepalen we welke innovaties en duurzaamheidsmaatregelen haalbaar en betaalbaar zijn binnen het beschikbare beheer- en onderhoudsbudget. Voorbeelden van dit soort maatregelen zijn biobrandstoffen, gerecycled materiaal in verhardingen, en verplichten van schoner bouwmaterieel.
- We ontwikkelen een monitoringssysteem om de voortgang van onderstaande provinciale organisatiedoelen te meten, op dezelfde manier als voor de CO2-vermindering. In 2025 werken we aan het systeem voor circulariteit, energietransitie, biodiversiteit en klimaatadaptatie.
Duurzaamheidsdoelen