Paragraaf Subsidies

De begrotingssubsidie aan Stichting ferm t.b.v. cybersecurity voor een bedrag van € 100.000 (beleidsdoel 4-1)
Het op orde hebben van de Cybersecurity is tegenwoordig een essentieel onderdeel in de digitale maatschappij. De Rotterdamse haven is extra kwetsbaar als doelwit vanwege de huidige geopolitieke spanningen, waardoor deze sector extra aandacht vereist. Stichting FERM is het cyberweerbaarheidscentrum van de haven en maritieme sector in Zuid-Holland.
Zij ondersteunen het MKB in deze sectoren om meer bewust te zijn van de cyberrisico’s. Dit doen zij door bewustzijnscampagnes te voeren, inhoudelijke trainingen, workshops en cyberoefeningen aan te bieden. Primair bieden ze dit aan de leden, middels deze subsidie kunnen zij hun aanbod breder aanbieden en daarmee hun bekendheid vergroten zodat nieuwe potentiële ondernemers zich aansluiten. Met als doel dat de stichting uiteindelijk zonder subsidie kan. Dekking vindt plaats vanuit doel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-4 Digitale economie. Dit draagt bij aan het versterken van het MKB op het gebied van cybersecurity in de haven en maritieme sector.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van het beoogd maatschappelijk doel.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 100.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan De Haagse Hogeschool t.b.v. digitale werkplaatsen voor een bedrag van € 500.000 (beleidsdoel 4-1)
De digitale werkplaatsen zijn samenwerkingsverbanden tussen overheden (provincies en gemeenten), onderwijsinstellingen (HBO/MBO) en het bedrijfsleven die het brede micro- en kleine-mkb (t/m 49 FTE) stimuleren om te digitaliseren en digitale technieken te adopteren. De werkplaatsen bieden verschillende digitaliseringstrajecten waarin studenten van de betrokken onderwijsinstellingen onder leiding van experts en docenten ondernemers een periode helpen met een bepaald thema, een bepaalde vraag, of een bepaalde casus. De digitale werkplaatsen zijn bewezen effectief als het gaat om het ondersteunen van het micro- en kleine-mkb bij de digitale transitie, en passen in dezen binnen de beleidsdoelstelling om het MKB als provincie te ondersteunen bij de digitale transitie. De diensten van de digitale werkplaatsen zijn beschikbaar voor alle MKB-bedrijven in Zuid-Holland. De werkplaatsen werken thematisch (cybersecurity, online marketing, AI, et cetera), wat betekent dat als er zich nieuwe kansen of bedreigingen voordoen, bijvoorbeeld de ontwikkeling van een technologie als ChatGPT, de digitale werkplaatsen hier flexibel en snel op kunnen inspelen. Daarnaast dragen de digitale werkplaatsen ook bij aan het verkleinen van de afstand tussen onderwijs en arbeidsmarkt door studenten in contact te brengen met MKB-bedrijven en hen, als onderdeel van het onderwijs, kennis te laten maken met de zaken die op het gebied van digitalisering van het MKB spelen. Ten slotte dragen de digitale werkplaatsen ook bij aan de Human Capital doelstellingen in de provincie Zuid-Holland, doordat studenten tijdens deze trajecten nieuwe vaardigheden op het gebied van digitalisering opdoen. Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.1.4 Digitale economie.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van het beoogd maatschappelijk doel.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 500.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan The Hague Security Delta t.b.v. programmaplan Digitale Economie voor een bedrag van € 300.000 (beleidsdoel 4-1)
Het programmaplan Digitale Economie van de provincie Zuid-Holland heeft twee strategische doelen voor cyberweerbaarheid:

1. Creëren van een internationaal veiligheidscluster in de provincie Zuid-Holland.
2. Werken aan bewustwording en creëren van concrete cybersecurityoplossingen per sector.

Het eerste doel betreft de economische ontwikkeling van de cybersecuritysector zelf: innovatie op het gebied van cybersecurity, werkgelegenheid en bedrijven naar deze regio zien te krijgen. Daarnaast internationalisering van deze bedrijven. Het tweede doel richt zich op bedrijfsvoering en tegengaan van ondermijning. Ofwel bewustwording en handelingsperspectief en zorgen dat cybersecurity onderdeel wordt van het risicomanagement van een bedrijf. De provincie heeft er belang bij dat bedrijven weerbaar zijn ten aanzien van cybersecurity. Weerbare bedrijven zijn minder gevoelig voor een hack en eventuele financiële schade. De kans op een cyberaanval is groot. Volgens de Rabobank wordt jaarlijks 20% van de ondernemers gehackt met een gemiddelde schade van 300.000 euro. Nieuwe Europese wetgeving, NIS-2, stelt de directie van een groot gedeelte van de bedrijven aansprakelijk bij een hack.
Om de cyberweerbaarheid van het mkb in Zuid-Holland te versterken is opdracht van de Economic Board Zuid-Holland de Roadmap Cyberweerbaarheid opgesteld. Deze is gericht op de belangrijkste economische sectoren van Zuid-Holland en bevat actielijnen, fasering en regie die bijdragen aan:

• Het vergroten van cyber awareness onder besturen en medewerkers door kennisoverdracht;
• Het verhogen van cyberweerbaarheid in het mkb en daartoe ook implementatie van cybersecuritytoepassingen binnen het IT-beheer;
• De oprichting van sectorale cyberweerbaarheidscentra en bieden van handelsperspectief voor mkb-ers en alle spelers in de sectorale ketens;
• Het versterken van de kennispositie, innovaties en onderwijsprogramma’s.

Een groot gedeelte van de uitvoering van de roadmap wordt gedaan door Security Delta (HSD). HSD is een non-profit organisatie die zorgt voor toegang tot kennis, innovatie, markt, financiering en talent op het gebied van cybersecurity. Zo’n 275 bedrijven, overheidsorganisaties en kennisinstellingen werken sinds 2013 hierin samen. HSD heeft een sterke verankering in Zuid-Holland en een fysieke ontmoetingsplek, de HSD Campus in Den Haag.
HSD heeft in opdracht van de provincie meerdere projecten uitgevoerd en initiatieven opgestart (i.s.m. partners). Bijvoorbeeld:

• Cyberweerbaarheidscentrum Greenport
• Cyberweerbaarheidscentrum Maakindustrie
• Verkenning cyberweerbaarheidscentrum Life Science & Health
• Versnelling uitvoering Roadmap Cyberweerbaarheid Zuid-Holland

Gezien het belang van deze netwerkorganisatie voor het behalen van onze doelen is het essentieel subsidie toe te kennen voor werkzaamheden die niet direct door de markt betaald worden. Dekking vindt plaats vanuit doel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-4 Digitale economie. Dit draagt bij aan

• Cyberweerbaarheid MKB in Zuid-Holland
• Ontwikkeling van digitale vaardigheden MKB
• Stimuleren MKB digitaal bewust en opschalen / gebruiken van innovatie

Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van het beoogd maatschappelijk doel.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 300.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan InnovationQuarter t.b.v. het duurzaam versterken van de economische structuur voor een bedrag van € 3.275.000 (beleidsdoel 4-1)
Voor het duurzaam versterken van de economische structuur en het ontsluiten van het innovatieve vermogen in Zuid-Holland is de regionale ontwikkelingsmaatschappij van Zuid-Holland ofwel het InnovationQuarter (IQ) onontbeerlijk.
De taken van IQ zijn:

• Het opzetten van samenwerkingen tussen ondernemers, kennisinstellingen en overheden. Met als doel om innovaties te versnellen en nieuwe business te realiseren (Innoveren)
• Het investeren in startende en snel groeiende innovatieve bedrijven in Zuid-Holland (Investeren)
• Het aantrekken van buitenlandse ondernemers naar Zuid-Holland en het ondersteunen van ondernemers in Zuid-Holland die internationaal willen groeien (Internationaliseren)

 De activiteiten voor 2025 zullen in het verlengde liggen van die van de afgelopen jaren.
Tevens vindt verlening plaats samen met de boekjaarsubsidie voor de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). Omdat beide aanvragen (IQ en EBZ) gezamenlijk worden ingediend door InnovationQuarter vindt uitbetaling gezamenlijk plaats.Dekking vindt plaats vanuit beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-1 Innovatie economie. Dit draagt bij aan een innovatief klimaat.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van het beoogd maatschappelijk doel.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 3.275.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan BlueCity t.b.v. trainingen voor een bedrag van € 50.000 (beleidsdoel 4-1)
Sinds 2015 activeert CIRCO-NL met ondersteuning vanuit het Rijk productiebedrijven en creatieve professionals om concreet aan de slag te gaan met circulair ondernemen. Hiervoor ontwikkelde CIRCO een – inmiddels bewezen – trainingsmethode. Daarbij richt CIRCO zich op verschillende circulaire transitiethema’s. Om slagkracht en regionaal bereik te vergroten zijn in het afgelopen jaar op provinciaal niveau zogeheten CIRCO-hubs opgezet. De organisatie Blue City dient in Zuid-Holland als CIRCO-hub, waar vanuit CIRCO-trainingen worden ontwikkeld en gegeven. Partners van deze hub zijn provincie Zuid-Holland, gemeente Rotterdam, Rabobank en MKB Rotterdam Rijnmond. Het is in het belang van de circulaire ambities van de provincie dat ondernemers in staat worden gesteld om hun activiteiten en ketens met meer/ gerichte aandacht voor circulair te organiseren. Hiervoor zijn de CIRCO trainingen een geëigend instrument. De provincie wil met een subsidie de organisatie en het geven van twee tot drie trainingen per jaar, inclusief nazorg richting deelnemers (zoals terugkombijeenkomsten en ketenbegeleiding), mogelijk maken. CIRCO-tracks zijn trainingen voor het bedrijfsleven om ‘circulair’ te gaan omarmen en toepassen in bedrijfsactiviteiten. Tracks hebben dezelfde basis, maar zijn telkens gericht op een ander thema, een andere sector of een ander type bedrijvigheid. Ook is een track soms meer gericht op een keten, soms meer op gelijksoortige bedrijven in een branche, etc. Tot slot wordt voortgeborduurd op leerervaringen van vorige tracks. Dat maakt dat inhoud en aanpak per track en over de tijd worden aangepast; dit is altijd al zo geweest. De subsidie gaat dan in de basis ook over dezelfde activiteiten als tijdens de vorige subsidie. Enig verschil is dat er deze keer meer ruimte is voor nazorg/ opvolging na de tracks zodat leerervaringen beter worden bestendigd en gebruikt voor opschaling. Dekking is aanwezig in de huidige budgetten die in 2025 voor het onderwerp Circulair zijn opgenomen in de begroting.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-5 Circulair Zuid-Holland. Dit draagt bij aan het behalen van de provinciale doelen op het gebied van circulair voor 2030 en 2050, namelijk per 2050 een volledig circulaire economie met als tussenstap 50 procent minder gebruik van primaire grondstoffen (mineraal, fossiel en metaal) in 2030.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. In het kader van door CIRCO-NL gevraagde cofinanciering en om BlueCity te ondersteunen bij het oprichten van de CIRCO hub heeft de provincie in het verleden CIRCO-gerelateerde opdrachten gegeven. De provincie had bij die opdrachten inspraak bij de uitkomsten. Nu de hub en trainingen naar tevredenheid staan, ligt de verantwoordelijkheid voor de organisatie, de vermarkting en de nazorg rondom de trainingen volledig bij BlueCity. De provincie gaat noch over de inhoud van de training, de vermarkting en deelnemers, noch profiteert zij zelf van de trainingen (alleen indirect doordat bedrijven in de provincie circulairder gaan ondernemen). Opdrachtverlening is derhalve niet toepasselijk en subsidie blijft als enig geëigend instrument in deze fase over.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 50.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Greenport West-Holland voor een bedrag van € 510.000 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland stimuleert, faciliteert en investeert in de transitie van de Greenports. De integrale inzet van Zuid-Holland is gericht op samenwerking & positionering, innovatie & internationalisering, modernisering van teeltareaal, vers logistiek en energietransitie. De provincie pleegt gerichte inzet door maatwerk per Greenport. Dit doet zij met behulp van samenhangend economisch beleid, en beleid op gebied van Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit en Energietransitie. Daarnaast wordt maatwerk gericht door inzet op projecten, via innovatiebevordering en via samenwerking in netwerken. Om de benodigde transities tot stand te brengen is het van groot belang om de lokale, regionale, nationale en internationale triple helix-netwerken verder te versterken. De provincie Zuid-Holland ondersteunt daarom voor meerdere jaren de regionale en nationale triple helix greenportstructuren en participeert in de triple-helix netwerken van de Zuid- Hollandse Greenports. De provincie Zuid-Holland stelt voor de netwerkversterking van de Greenport West-Holland € 170.000 per jaar ter beschikking, vanwege het grote aantal netwerkpartners en de verschillende deelakkoorden die via de Greenport in het netwerk gesloten zijn. Dekking van de lasten vindt plaats in beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-2 Transitie van de tuinbouwketen . Dit draagt bij aan een duurzame werk- en leefomgeving. De netwerkstructuur in de tuinbouwsector wordt hiermee substantieel versterkt en geborgd.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 510.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Greenport Aalsmeer voor een bedrag van € 255.000 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland stimuleert, faciliteert en investeert in de transitie van de Greenports. De integrale inzet van Zuid-Holland is gericht op samenwerking & positionering, innovatie & internationalisering, modernisering van teeltareaal, vers logistiek en energietransitie. De provincie pleegt gerichte inzet door maatwerk per Greenport. Dit doet zij met behulp van samenhangend economisch beleid, en beleid op gebied van Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit en Energietransitie. Daarnaast wordt maatwerk gericht door inzet op projecten, via innovatiebevordering en via samenwerking in netwerken. Om de benodigde transities tot stand te brengen is het van groot belang om de lokale, regionale, nationale en internationale triple helix-netwerken verder te versterken. De provincie Zuid-Holland ondersteunt daarom voor meerdere jaren de regionale en nationale triple helix greenportstructuren en participeert in de triple-helix netwerken van de Zuid- Hollandse Greenports. De provincie Zuid-Holland stelt, voor de netwerkversterking van de Greenport Aalsmeer, € 85.000 per jaar ter beschikking. Dit bedrag ligt lager dan een vergelijkbaar netwerk vanwege de omvang van het netwerk en het feit dat deze Greenport niet geheel binnen de provinciegrenzen van Zuid-Holland gelegen is. De provincie Noord-Holland draagt, buiten onze bijdrage, ook bij aan de netwerkversterking voor deze Greenport. Dekking van de lasten vindt plaats in beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-2 Transitie van de tuinbouwketen . Dit draagt bij aan een duurzame werk- en leefomgeving. De netwerkstructuur in de tuinbouwsector wordt hiermee substantieel versterkt en geborgd.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 255.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Greenport Duin- en Bollenstreek voor een bedrag van € 330.000 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland stimuleert, faciliteert en investeert in de transitie van de Greenports. De integrale inzet van Zuid-Holland is gericht op samenwerking & positionering, innovatie & internationalisering, modernisering van teeltareaal, vers logistiek en energietransitie. De provincie pleegt gerichte inzet door maatwerk per Greenport. Dit doet zij met behulp van samenhangend economisch beleid, en beleid op gebied van Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit en Energietransitie. Daarnaast wordt maatwerk gericht door inzet op projecten, via innovatiebevordering en via samenwerking in netwerken. Om de benodigde transities tot stand te brengen is het van groot belang om de lokale, regionale, nationale en internationale triple helix-netwerken verder te versterken. De provincie Zuid-Holland ondersteunt daarom voor meerdere jaren de regionale en nationale triple helix greenportstructuren en participeert in de triple-helix netwerken van de Zuid- Hollandse Greenports. De provincie Zuid-Holland stelt voor de netwerkversterking van de Greenport Duin- en Bollenstreek € 110.000 per jaar ter beschikking, vanwege de omvang van het netwerk. Dit was in 2024 € 100.000, dit is verhoogd met tien duizend euro. Dekking van de lasten vindt plaats in beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-2 Transitie van de tuinbouwketen . Dit draagt bij aan een duurzame werk- en leefomgeving. De netwerkstructuur in de tuinbouwsector wordt hiermee substantieel versterkt en geborgd.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 330.000 en
deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Greenport regio Boskoop voor een bedrag van € 330.000 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland stimuleert, faciliteert en investeert in de transitie van de Greenports. De integrale inzet van Zuid-Holland is gericht op samenwerking & positionering, innovatie & internationalisering, modernisering van teeltareaal, vers logistiek en energietransitie. De provincie pleegt gerichte inzet door maatwerk per Greenport. Dit doet zij met behulp van samenhangend economisch beleid, en beleid op gebied van Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit en Energietransitie. Daarnaast wordt maatwerk gericht door inzet op projecten, via innovatiebevordering en via samenwerking in netwerken. Om de benodigde transities tot stand te brengen is het van groot belang om de lokale, regionale, nationale en internationale triple helix-netwerken verder te versterken. De provincie Zuid-Holland ondersteunt daarom voor meerdere jaren de regionale en nationale triple helix greenportstructuren en participeert in de triple-helix netwerken van de Zuid- Hollandse Greenports. De provincie Zuid-Holland stelt voor de netwerkversterking van de Greenport Boskoop € 110.000 per jaar ter beschikking, vanwege de omvang van het netwerk. Dit was in 2024 100.000, dit is verhoogd met tien duizend. Dekking van de lasten vindt plaats in beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-2 Transitie van de tuinbouwketen . Dit draagt bij aan een duurzame werk- en leefomgeving. De netwerkstructuur in de tuinbouwsector wordt hiermee substantieel versterkt en geborgd.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 330.000 en
deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Greenport West-Holland (innovatiepact) voor een bedrag van € 510.000 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland stimuleert, faciliteert en investeert in de transitie van de Greenports. De integrale inzet van Zuid-Holland is gericht op samenwerking & positionering, innovatie & internationalisering, modernisering van teeltareaal, vers logistiek en energietransitie. De provincie pleegt gerichte inzet door maatwerk per Greenport. Dit doet zij met behulp van samenhangend economisch beleid, en beleid op gebied van Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit en Energietransitie. Daarnaast wordt maatwerk gericht door inzet op projecten, via innovatiebevordering en via samenwerking in netwerken. Om de benodigde transities tot stand te brengen is het van groot belang om de lokale, regionale, nationale en internationale triple helix-netwerken verder te versterken. De provincie Zuid-Holland ondersteunt daarom voor meerdere jaren de regionale en nationale triple helix greenportstructuren en participeert in de triple-helix netwerken van de Zuid- Hollandse Greenports. De provincie Zuid-Holland stelt voor de netwerkversterking van de Greenport West-Holland € 170.000 per jaar ter beschikking, vanwege het grote aantal netwerkpartners en de verschillende deelakkoorden die via de Greenport in het netwerk gesloten zijn. Dekking van de lasten vindt plaats in beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-2 Transitie van de tuinbouwketen . Dit draagt bij aan een duurzame werk- en leefomgeving. De netwerkstructuur in de tuinbouwsector wordt hiermee substantieel versterkt en geborgd.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 510.000 en
deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Greenports Nederland voor een bedrag van € 225.000 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland stimuleert, faciliteert en investeert in de transitie van de Greenports. De integrale inzet van Zuid-Holland is gericht op samenwerking & positionering, innovatie & internationalisering, modernisering van teeltareaal, vers logistiek en energietransitie. De provincie pleegt gerichte inzet door maatwerk per Greenport. Dit doet zij met behulp van samenhangend economisch beleid, en beleid op gebied van Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit en Energietransitie. Daarnaast wordt maatwerk gericht door inzet op projecten, via innovatiebevordering en via samenwerking in netwerken. Om de benodigde transities tot stand te brengen is het van groot belang om de lokale, regionale, nationale en internationale triple helix-netwerken verder te versterken. De provincie Zuid-Holland ondersteunt daarom voor meerdere jaren de regionale en nationale triple helix greenportstructuren en participeert in de triple-helix netwerken van de Zuid- Hollandse Greenports. De provincie Zuid-Holland stelt voor de netwerkversterking van de Greenport Nederland € 75.000 per jaar ter beschikking. Dit is een verlaging ten opzichte van 2024 omdat andere partners meer zijn gaan bijdragen is en de bijdrage van de ruimtelijke tafel is losgekoppeld. Dekking van de lasten vindt plaats in beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-2 Transitie van de tuinbouwketen . Dit draagt bij aan een duurzame werk- en leefomgeving. De netwerkstructuur in de tuinbouwsector wordt hiermee substantieel versterkt en geborgd.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 225.000 en
deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting NL Space Campus t.b.v. het door ontwikkelen van de fysieke omgeving van de campus voor een bedrag van € 250.000 (beleidsdoel 4-1)
In de Regio Deal 'ESTEC en Space Campus Noordwijk' is afgesproken dat de provincie Zuid-
Holland en de gemeente Noordwijk een campusorganisatie voor Space Campus Noordwijk zullen
inrichten en hiertoe financiële middelen beschikbaar stellen. Door gemeente
Noordwijk is hiertoe medio 2019 Stichting NL Space Campus opgericht. Voor de realisering van de campus-ontwikkeling is een kleine, maar goedlopende organisatie noodzakelijk.
Op basis van het strategisch concept NL Space Campus (2024-2026), is duidelijk dat ook in 2025 er middelen nodig zijn voor de campusorganisatie om de benodigde werkzaamheden te kunnen uitvoeren. NL Space Campus heeft als doel een plek voor open innovatie te creëren waarbij de aanwezigheid van ESA ESTEC nog sterker wordt verbonden aan de kennispartner LDE-universiteiten en het space ecosysteem van Nederland. Dit betreft naast de inhoudelijke ontwikkeling van de campus ook het ondersteunen bij de doorontwikkelen van de fysieke omgeving van de campus. De campusorganisatie versterkt het organiserend vermogen van de campus met inhoudelijke programmering, community building, business development, knowledge- en talent development. Voorts werkt de stichting ondersteunend mee aan Marketing en Acquisitie, Projectontwikkeling en financiering en Gebiedsontwikkeling. De gemeente Noordwijk draagt ook € 250.000 bij aan de exploitatiekosten van stichting NL Space Campus voor 2025. Dekking vindt plaats vanuit beleidsdoel 4-1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat. Het betreft Regio Deal middelen Space Campus Noordwijk.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-1 Innovatieve economie. Dit draagt bij aan de versterking van het innovatie ecosysteem van Zuid-Holland.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van het beoogd maatschappelijk doel
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 250.000 en
deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Coöperatie Campus@Sea U.A. t.b.v. samenwerkingsovereenkomst voor een bedrag van € 180.000 (beleidsdoel 4-1)
Campus@Sea is een fieldlab in de Scheveningse haven gericht op het ontwikkelen, testen, demonstreren en valideren van (offshore) innovaties die het natuurinclusief, slim en meervoudig gebruik van de Noordzee mogelijk maken. In dat kader wil de gemeente Den Haag een duurzame samenwerking aangaan met de provincie Zuid-Holland en de coöperatie Campus@Sea U.A.. Middels de samenwerkingsovereenkomst wordt de beoogde samenwerking bekrachtigd tot en met 31 december 2026. Het doel van deze samenwerkingsovereenkomst is om een netwerk op te bouwen dat richting geeft aan de toekomst van de economische activiteiten in de haven van Scheveningen. Campus@Sea vervult hierin de verbindende rol door het initiëren van innovatieprojecten, netwerkactiviteiten en dienstverlening voor innovatieve ondernemers. Natuurinclusieve en duurzame economische ontwikkeling vormt daarbij een belangrijk aandachtspunt. De genoemde financiële bijdragen zijn bestemd voor de financiering van de door Campus@Sea ingediende begroting over het jaar 2025. Voor de hierop volgende jaren zullen partijen jaarlijks gezamenlijk overleg hebben over de beschikbare financiële middelen.
Dekking van de subsidie vindt plaats via reeds aanwezig budget 2024 in beleidsdoel 4.1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-1 Innovatieve economie . Dit draagt bij aan een gunstig economisch vestigingsklimaat.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van het beoogd maatschappelijk doel.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 180.000 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Erfgoedhuis Zuid-Holland voor een bedrag van € 2.347.318 (beleidsdoel 4-2)
Het Erfgoedhuis Zuid-Holland is een belangrijke maatschappelijke partner van de provincie voor de uitvoering van haar cultureel erfgoedbeleid. Activiteiten zijn onder andere ondersteuning bij erfgoedlijnen in Zuid-Holland, deskundigheidsbevordering van vrijwilligers en advisering van gemeenten over hun wettelijke erfgoedtaken bij de ontwikkeling van immaterieel erfgoed en bij het project voor digitalisering van erfgoed. Dekking vindt plaats binnen de beschikbare middelen van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en Cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-2-2 Rijksmonumenten en historische molens in goede staat . Clustering van uitvoeringstaken op het gebied van cultuur en erfgoed bij één organisatie draagt bij aan effectiviteit en efficiency van de beleidsuitvoering. Voor de uitvoering is gekozen voor het Erfgoedhuis Zuid-Holland.
Er zijn alternatieven overwogen. Echter het is geen wettelijke taak van de provincie, wel wordt er grote waarde aan deze 2e lijnorganisatie gehecht. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 2.347.318 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting molenviergang Aarlanderveen voor een bedrag van € 29.602 (beleidsdoel 4-2)
De molenviergang in Aarlanderveen is de laatste nog daadwerkelijk functionerende molengroep ter wereld. De vier molens vormen tezamen een zogenaamde getrapte bemaling, waarbij iedere molen afzonderlijk het water een niveau hoger opmaalt. Op die manier wordt het waterpeil in de Drooggemaakte Polder aan de Westzijde van Aarlanderveen hoofdzakelijk op windkracht gereguleerd. Sinds 1962 zijn het Hoogheemraadschap van Rijnland, de gemeente Alphen a/d Rijn en de provincie Zuid-Holland ten opzichte van elkaar verplichtingen aangegaan ter bevordering van de instandhouding van het molencomplex. De afspraken zijn vastgelegd in een convenant, dat eens per 10 jaar opnieuw wordt afgesloten. Dit gebeurde voor het laatst in 2015. Hierin is Stichting Molenviergang Aarlanderveen aangewezen om het dagelijkse beheer, het onderhoud en de restauratie van de molens en de bijgebouwen te verzorgen en daarbij optimaal gebruik te maken van reguliere subsidiemogelijkheden. De verplichtingen van de drie convenanthouders hebben betrekking op het dagelijkse beheer en de afdekking van het jaarlijkse exploitatietekort van de stichting, evenals participatie in het bestuur van laatstgenoemde.
Het convenant zal vanaf 2025 in vrijwel ongewijzigde vorm worden voortgezet. In het in 2024 aflopende convenant is opgenomen dat de provincie Zuid-Holland met ingang van 2015 jaarlijks aan de stichting 50% van het goedgekeurde exploitatietekort tot een maximum van € 21.200 per jaar (prijspeil 2015) vergoedt. Dit bedrag wordt aangepast met een percentage in overeenstemming met de consumentenprijsindex (CPI) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (basis 2015 = 100). Dekking vindt plaats binnen de beschikbare structurele middelen 2023 van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en Cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-2-2 Rijksmonumenten en historische molens in goede staat. Dit draagt bij aan de instandhouding van de molenviergang in Aarlanderveen. Door het financieel ondersteunen van de stichting door middel van het beschikbaar stellen van een boekjaarsubsidie stelt de provincie de stichting in staat om de molens in goede en functionele staat te houden. Hiermee wordt geborgd dat de molens hun bemalingstaak kunnen blijven uitoefenen en hebben ze een grote landschappelijke en educatieve waarde als laatste voorbeeld van een molengroep die een polder op windkracht bemaalt. De stichting zorgt voor openstelling van en draagvlak voor de molens, hetgeen bijdraagt aan een aantrekkelijk Zuid-Holland.
Er zijn alternatieven overwogen. De samenwerking van de drie convenantpartners is sinds 1962 een feit en vanaf 2015 is het huidige convenant van kracht. Dit is in 2023 opnieuw geëvalueerd en vanuit de provincie is er vooralsnog geen reden om de samenwerking na 2023 te beëindigen. In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat het lokaal organiseren van het molenbehoud, in dit geval door middel van een uitvoerende stichting, effectief is. Echter, de stichting die louter draait op vrijwilligers, kan niet kan bestaan zonder de steun van de drie convenantpartners. Er kan daarom worden gesteld dat de huidige organisatie een geschikte en effectieve manier gebleken om de instandhouding van de molenviergang te waarborgen.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 29.602 en deze op te nemen in de Begroting.

De begrotingssubsidie aan Het Kunstgebouw voor een bedrag van € 1.889.625 (beleidsdoel 4-2)
De kwaliteit van de leefomgeving speelt een grote rol bij het vasthouden van inwoners en het aantrekken van gekwalificeerde nieuwe inwoners. Binnen die leefomgeving zijn cultuur en erfgoed een belangrijke bepalende factor. De kwaliteit van de leefomgeving neemt toe als mensen kunnen deelnemen aan cultuur. Kunstgebouw is de organisatie die voor de provincie gemeenten en onderwijs ondersteunt op het gebied van cultuureducatie en cultuurparticipatie.
Dekking vindt plaats binnen de beschikbare middelen 2024 van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.5 Cultuurparticipatie en bibliotheken. Dit draagt bij aan meer kinderen in aanraking laten komen met cultuur door kwalitatief goede en gespreide cultuurparticipatie aan te bieden via gemeenten en onderwijsinstellingen.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. Dit betreft een bijdrage aan de exploitatie, de provincie krijgt zelf niets geleverd maar de Zuid-Hollandse gemeenschap.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 1.889.625 en deze op te nemen in de Begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Educatie Orkest Projecten (SEOP) voor een bedrag van € 44.766 (beleidsdoel 4-2)
De kwaliteit van de leefomgeving speelt een grote rol bij het vasthouden van inwoners en het aantrekken van gekwalificeerde nieuwe inwoners. Binnen die leefomgeving zijn cultuur en erfgoed een belangrijke bepalende factor. De kwaliteit van de leefomgeving neemt toe als mensen kunnen deelnemen aan cultuur. Dit begint al door kinderen op jonge leeftijd in aanraking te brengen met kunst en cultuur. SEOP is de organisatie die voor de provincie kinderen en jongeren in aanraking brengt met klassieke muziek en met name het symfonieorkest.
Dekking vindt plaats binnen de beschikbare middelen 2025 van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.5 Cultuurparticipatie en bibliotheken. Dit draagt bij aan dat meer kinderen en jongeren in aanraking komen met cultuur door kwalitatief goede en gespreide cultuurparticipatie aan te bieden via gemeenten en onderwijsinstellingen.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. Dit betreft een bijdrage aan de exploitatie, de provincie krijgt zelf niets geleverd maar de Zuid-Hollandse gemeenschap.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 44.766 en deze op te nemen in de Begroting.

De begrotingssubsidie aan Zuid-Hollandse Popunie voor een bedrag van € 185.444 (beleidsdoel 4-2)
De kwaliteit van de leefomgeving speelt een grote rol bij het vasthouden van inwoners en het aantrekken van gekwalificeerde nieuwe inwoners. Binnen die leefomgeving zijn cultuur en erfgoed een belangrijke bepalende factor. De kwaliteit va de leefomgeving neemt toe als mensen kunnen deelnemen aan cultuur. Dit begint al door kinderen op jonge leeftijd in aanraking te brengen met kunst en cultuur.
Popunie ondersteunt (beginnende) popmuzikanten en het optreedklimaat in Zuid-Holland
Dekking vindt plaats binnen de beschikbare middelen 2024 van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.5 Cultuurparticipatie en bibliotheken. Dit draagt bij aan meer kinderen en jongeren in aanraking te laten komen met cultuur door kwalitatief goede en gespreide cultuurparticipatie aan te bieden via gemeenten en onderwijsinstellingen.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. Dit betreft een bijdrage aan de exploitatie, de provincie krijgt zelf niets geleverd maar de Zuid-Hollandse gemeenschap.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 185.444 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Bevrijdingsfestival Den Haag voor een bedrag van € 29.602 (beleidsdoel 4-2)
De kwaliteit van de leefomgeving speelt een grote rol bij het vasthouden van inwoners en het aantrekken van gekwalificeerde nieuwe inwoners. Binnen die leefomgeving zijn cultuur en erfgoed een belangrijke bepalende factor. De kwaliteit van de leefomgeving neemt toe als mensen kunnen deelnemen aan cultuur en kunnen meedoen aan de samenleving (burgerschap). De R.J. Ruijs Stichting organiseert jaarlijks op 5 mei het Haags Bevrijdingsfestival. Het belang van vrijheid, vrede en recht staan centraal tijdens dit festival. Dekking van de lasten vindt plaats in beleidsdoel 4.2 Erfgoed en Cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.5. Cultuurparticipatie en bibliotheken. Dit draagt bij aan burgerschap en meedoen aan de samenleving.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. Dit betreft een bijdrage aan de exploitatie, de provincie krijgt zelf niets geleverd maar de Zuid-Hollandse gemeenschap.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 29.602 en
deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Provinciaal Bevrijdingsfestival Zuid-Holland voor een bedrag van € 59.602 (beleidsdoel 4-2)
De kwaliteit van de leefomgeving speelt een grote rol bij het vasthouden van inwoners en het aantrekken van gekwalificeerde nieuwe inwoners. Binnen die leefomgeving zijn cultuur en erfgoed een belangrijke bepalende factor. De kwaliteit van de leefomgeving neemt toe als mensen kunnen deelnemen aan cultuur. Dit begint al door kinderen op jonge leeftijd in aanraking te brengen met kunst en cultuur. Bevrijdingsfestival Zuid-Holland is de provinciale organisatie die het bevrijdingsfestival organiseert in de provincie Zuid-Holland (elke provincie heeft een dergelijk festival) en die kinderen kennis laat maken via educatieprogramma’s met vraagstukken rond vrijheid en wat vrijheid betekent.
Het bedrag € 59.602 is inclusief indexering (3,7%). Dekking vindt plaats binnen de beschikbare middelen 2025 beleidsdoel 4.2 Erfgoed en cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.5 Cultuurparticipatie en bibliotheken. Dit draagt bij aan meer kinderen en jongeren in aanraking laten komen met cultuur door kwalitatief goede en gespreide cultuurparticipatie aan te bieden via gemeenten en onderwijsinstellingen.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. Dit betreft een bijdrage aan de exploitatie, de provincie krijgt zelf niets geleverd maar de Zuid-Hollandse gemeenschap.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 29.602 en deze op te nemen in de Begroting.

De begrotingssubsidie aan Stichting Jeugdtheaterhuis Zuid-Holland voor een bedrag van € 362.860 (beleidsdoel 4-2)
De kwaliteit van de leefomgeving speelt een grote rol bij het vasthouden van inwoners en het aantrekken van gekwalificeerde nieuwe inwoners. Binnen die leefomgeving zijn cultuur en erfgoed een bepalende factor. De kwaliteit van de leefomgeving neemt toe als mensen kunnen deelnemen aan cultuur. Dit begint al door kinderen op jonge leeftijd in aanraking te brengen met kunst en cultuur. Jeugdtheaterhuis is de organisatie die voor de provincie kinderen en jongeren kennis laat maken met theater, zowel binnenschools als buitenschools.
Dekking vindt plaats binnen de beschikbare middelen van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.5 Cultuurparticipatie en bibliotheken. Dit draagt bij aan meer kinderen en jongeren in aanraking laten komen met cultuur door kwalitatief goede en gespreide cultuurparticipatie aan te bieden via gemeenten en onderwijsinstellingen.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. Dit betreft een bijdrage aan de exploitatie, de provincie krijgt zelf niets geleverd maar de Zuid-Hollandse gemeenschap.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 362.860 en deze op te nemen in de Begroting.

De begrotingssubsidie aan Probiblio voor een bedrag van € 5.622.003 (beleidsdoel 4-2)
De provincie Zuid-Holland ondersteunt de openbare bibliotheken en het bibliothekennetwerk in Zuid-Holland door middel van een boekjaarsubsidie aan de Provinciale Ondersteuningsinstelling Probiblio. Provinciale ondersteuningsinstellingen zijn uit hoofde van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen verantwoordelijk voor onder andere distributie van fysieke werken door middel van interbibliothecair leenverkeer en het samen met andere partijen ontwikkelen van innovaties voor lokale bibliotheken. Het percentage voor indexering volgt uit de meicirculaire en betreft 3,7% t.o.v. 2024. Dekking vindt plaats binnen de beschikbare middelen van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en Cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-2-5 Cultuurparticipatie en bibliotheken . Dit draagt bij aan de volgende maatschappelijke opgaven: (digitale) geletterdheid, persoonlijke ontwikkeling, participatie en zelfredzaamheid van inwoners van Zuid-Holland.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. De Wet stelsel openbare bibliotheekvoorziening definieert provinciale ondersteuningsinstellingen als volgt: in overwegende mate door één of meer provincies gesubsidieerde of in stand gehouden voorziening die een pakket aan ondersteunende activiteiten biedt voor de lokale bibliotheken in de desbetreffende provincie of provincies.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 5.622.003 en deze op te nemen in de Begroting.

Voor 1.6.85 Subsidieregeling regionale netwerken voor innovatie Zuid-Holland (RNIZ) een subsidieplafond voor een bedrag van € 1.000.000 (beleidsdoel 4-1)
Innovatieve netwerken zijn een belangrijke schakel in het Zuid-Hollandse innovatie-ecosysteem. Met de Subsidieregeling regionale netwerken voor innovatie Zuid-Holland wil de provincie het organiserend vermogen van deze innovatieve economische clusters en hun onderlinge verbondenheid versterken, teneinde

• de innovatiekracht van het innovatie-ecosysteem te vergroten,
• kennisdisseminatie en – valorisatie te stimuleren,
• samenwerking tussen overheden, kennisinstellingen en bedrijven te versterken en
• kennis voor de provinciale opgaves te ontsluiten en centreren.

De dekking vindt plaats in ambitie 4, doel 4.1 Innovatie: richting duurzaam en digitaal, uit reeds aanwezig budget.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.1.1 Innovatieve economie. Dit draagt bij aan een beter innovatieklimaat en aan verhoogde kennisdisseminatie en -valorisatie.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om het subsidieplafond vast te stellen op € 1.000.000 en deze op te nemen in de begroting.

Voor 1.6.103 Subsidieregeling MKB-Deals Zuid-Holland het plafond van € 2.500.000 te verhogen met € 700.000 naar een bedrag van € 3.200.000 voor de jaren 2021 tot en met 2026 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland zet in op een toekomstbestendig MKB. Afgelopen periode zijn verschillende initiatieven opgestart en uitgevoerd om invulling te geven aan deze ambitie, waaronder de ondersteuning van het ‘Breed MKB’ via de subsidieregeling MKB-Deals Zuid-Holland. Thema’s van de MKB-deals zijn toepassing van innovaties en nieuwe kennis, digitalisering, toegang tot talent en financiering, dienstverlening en netwerkvorming. De MKB-deals ondersteunen regionale samenwerking en zorgen voor uitvoering van concrete projecten. Regio’s kunnen subsidie aanvragen om de MKB-Deal uit te voeren via de subsidieregeling MKB-Deals Zuid-Holland. Na de evaluatie in 2022 hebben we ingezet op het optimaliseren van de subsidieregeling MKB-Deals Zuid-Holland om zodoende de regeling doeltreffender en toegankelijker te maken. Daarbij zijn de MKB- Deals meer gefocust op projecten die bijdragen aan de transities (duurzaamheid en digitalisering) en brede welvaart (diversiteit en inclusie). Gezien de belangstelling in de regio wordt ook in het jaar 2025 de subsidieregeling opengesteld.
De dekking vindt plaats in ambitie 4, doel 4.1 Innovatie: richting duurzaam en digitaal, uit reeds aanwezig budget.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.1.1 Innovatie economie.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om het subsidieplafond vast te stellen op € 1.000.000 en deze op te nemen in de begroting.

Voor 1.6.112 Subsidieregeling circulair Zuid-Holland een plafond voor een bedrag van € 1.000.000 (beleidsdoel 4-1)
De provincie Zuid-Holland stimuleert via haar coalitieakkoord en de strategische nota Samen Bouwen aan een Circulair Zuid-Holland de ontwikkeling van een circulaire economie in de regio. In de uitwerking hiervan staat een reeks instrumenten ter beschikking, passend bij de transitieaanpak. Onderdeel daarbinnen is een subsidieregeling voor betrokken partijen, de koplopers uit de maatschappij en ondernemers uit het bedrijfsleven. Doel van deze subsidieregeling is om circulaire doorbraakprojecten te stimuleren: doorbraakprojecten die de beoogde fundamentele systeemverandering op circulair gebied in de praktijk gaan toepassen. Daarnaast maakt de Subsidieregeling ook mogelijk om pilots en coalitievorming in netwerken te subsidiëren. Hierdoor kunnen alle circulaire innovaties worden gesubsidieerd in de beginfase van de innovatiecurve (ontdekken en ontwikkelen). Dekking is aanwezig in het huidige budget 2025 dat voor het onderwerp Circulair is opgenomen in de begroting van de provincie.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-5 Circulair Zuid-Holland. Dit draagt bij aan de transitie naar een circulair Zuid-Holland en in het innovatiesysteem voor doorbraakinnovaties.
Met subsidie nodigen we initiatieven uit een bijdrage te leveren aan doorbraakprojecten om de circulaire transitie verder brengen. Hiermee kunnen ook tot nu toe onbekende initiatieven in beeld komen. Daarom is subsidie een beter instrument dan opdrachtverstrekking.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om het subsidieplafond vast te stellen op € 1.000.000 en deze op te nemen in de begroting.

Voor 1.6.82 Subsidieregeling planvorming detailhandel Zuid-Holland een plafond voor het bedrag van € 300.000 (beleidsdoel 4-1)
Zuid-Holland hecht veel waarde aan aantrekkelijke centra in steden, dorpen en wijken. Detailhandel in centra blijft nog steeds een belangrijke reden voor een bezoek aan een stad of dorp. Echter, door bijvoorbeeld de opkomst van internetwinkelen, overaanbod en demografische ontwikkelingen functioneren niet alle winkel- en centrumgebieden naar behoren. Veel centra hebben of krijgen op termijn te maken met een transformatieopgave waarbij andere maatschappelijke en economische functies en ook wonen voor een deel de ruimte van winkels gaan innemen. Centra veranderen van ‘places to buy’ naar ‘places to be’ en blijven op die manier levendig en aantrekkelijk om te bezoeken of om te werken. De vraagstukken m.b.t. het vitaal houden van centra zijn zo omvangrijk dat die niet alleen opgelost kunnen worden door de inzet van het ruimtelijk instrumentarium of door een enkele partij. De provincie Zuid-Holland heeft daarom in 2018 de ‘Subsidieregeling planvorming detailhandel Zuid-Holland’ opgesteld waarmee de kwaliteit en het functioneren van winkel- en centrumgebieden kan worden verhoogd. Gemeenten, winkeliers- en ondernemersverenigingen en stichtingen kunnen subsidie aanvragen voor activiteiten die zijn gericht op het verhogen en verbeteren van de onderlinge samenwerking en bijvoorbeeld het uitvoeren van haalbaarheidsonderzoek om tot compactere winkelgebieden te komen, leegstand tegen te gaan, verspreid aanbod te saneren of het laten opstellen van een sterkte-zwakte analyse voor een winkel- en centrumgebied. Sinds 2020 kunnen ook maatregelen gericht op uitvoering, zoals het aanstellen van een transformatiemanager, met deze subsidieregeling worden gefinancierd. Dekking voor deze subsidie vindt plaats in beleidsdoel 4.1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-6 Toekomstbestendige ruimte voor ondernemen. Dit draagt bij aan een welvarend en krachtig Zuid-Holland. Een goed vestigingsklimaat met o.a. vitale, krachtige en aantrekkelijke stads- en dorpscentra zijn daarbij van groot belang. In zijn algemeenheid gaat het om voldoende werklocaties van de juiste kwaliteit en op de juiste plek.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van duurzaamheid op bedrijventerreinen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om het plafond vast te stellen op € 300.000 en deze op te nemen in de begroting.

Voor 1.6.124 Subsidieregeling planvorming bedrijventerreinen Zuid-Holland 2024 een plafond voor het bedrag van € 500.000 (beleidsdoel 4-1)
Bedrijventerreinen zijn belangrijk voor het bieden van werkgelegenheid en waardevol voor de economie. Voldoende en kwalitatief goede bedrijventerreinen zijn van belang voor het vestigingsklimaat. Bedrijventerreinen zijn daarnaast ook dé locaties waar hinder veroorzakende functies zich kunnen vestigen en waar we mede onze natuur-inclusieve, circulaire en energie-neutrale doelen kunnen worden gerealiseerd. Voorkomen moet worden dat bedrijventerreinen door veroudering niet meer voldoen aan de kwaliteits- en duurzaamheidseisen. De bestaande bedrijventerreinen moeten blijven aansluiten bij de wensen van de ondernemers, omwonenden en overheden, beter worden benut, voorbereid zijn op toekomstige ontwikkelingen en verduurzaamd. Dat lukt des te beter als de zittende bedrijven (samen) investeren in hun pand en omgeving. De provincie wil stimuleren dat het juiste bedrijf zich op de juiste plek vestigt en dat ondernemers op bedrijventerreinen samenwerken, zo mogelijk ook samen met de gemeente, in het verbeteren en op peil houden van de kwaliteit van hun bedrijventerrein. Deze subsidieregeling ondersteunt (georganiseerde) ondernemers en gemeenten bij het verbeteren van de onderlinge samenwerking en het doen van onderzoek naar de haalbaarheid van activiteiten die leiden tot het in stand houden en verhogen van de kwaliteit en duurzaamheid van bedrijventerreinen, zoals de invoering van duurzame energie, de aanleg van glasvezel, verbeteren van de verkeersveiligheid, biodiversiteit of het maken van een analyse van kansen en verbeterpunten voor het bedrijventerrein op het gebied van kwaliteit en verduurzaming. Dekking voor deze subsidie vindt plaats in beleidsdoel 4.1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-6 Toekomstbestendige ruimte voor ondernemen. Dit draagt bij aan een welvarend en krachtig Zuid-Holland. Een goed vestigingsklimaat met o.a. concurrerende en toekomstbestendige bedrijventerreinen zijn daarbij van groot belang. In zijn algemeenheid gaat het om voldoende werklocaties van de juiste kwaliteit en op de juiste plek.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van duurzaamheid op bedrijventerreinen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om het plafond vast te stellen op € 500.000 en deze op te nemen in de begroting.

Voor 1.6.127 Subsidieregeling toekomstbestendige bedrijventerreinen Zuid-Holland een plafond voor een bedrag van € 2.000.000 (beleidsdoel 4-1)
Met de subsidieregeling Toekomstbestendige bedrijventerreinen draagt de provincie bij aan het behalen van de doelstellingen die verwoord zijn in de “Bedrijventerreinenstrategie Zuid-Holland 2020” die op 1 september 2020 door GS is vastgesteld en op 30 september 2020 in de Statencommissie Ruimte, Wonen en Economie is besproken. Sinds 2018 heeft de provincie ingezet op de transitie naar nieuwe vormen van energie op bedrijventerreinen. Vanaf het jaar 2021 wordt de regeling toegepast voor bredere duurzame maatregelen (energie, klimaatadaptatie, biodiversiteit) en is in de loop van 2021 is de regeling inhoudelijk verder uitgebreid met maatregelen voor een circulaire aanpak. Vanaf 2025 vormt, onder voorbehoud van vaststelling door GS, de subsidieregeling toekomstbestendige bedrijventerreinen de opvolging van de subsidieregeling verduurzaming bedrijventerreinen. De doelstelling van de regeling is niet gewijzigd maar sluit beter aan bij de veranderde praktijk. Dekking voor deze subsidie vindt plaats in beleidsdoel 4.1 Toekomstbestendig economisch vestigingsklimaat.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4-1-6 Toekomstbestendige ruimte voor ondernemen. Dit draagt bij aan een concurrerend en toekomstbestendig vestigingsklimaat. Daarnaast ondersteunt deze regeling de opgaven circulaire transitie, energie transitie, klimaatadaptie, natuurinclusief en gezondheid.
Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van duurzaamheid op bedrijventerreinen.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om het subsidieplafond vast te stellen op € 2.000.000 en deze op te nemen in de begroting.

Voor 1.6.46 Subsidieregeling molens Zuid-Holland 2013 het hoofdplafond van € 1.625.000 te verlagen met € 95.000 naar een bedrag van € 1.530.000 (beleidsdoel 4-2)
Voor § 3 Onderhoud het deelplafond van € 1.035.000 te verlagen met € 100.000 naar € 935.000.
De provincie draagt zorg voor het onderhouden en laten draaien van historische windmolens. Ze doet dit om te zorgen voor een beter beschermd, benut, en beleefbaar cultureel erfgoed. Om toekomstige restauraties te voorkomen en het behoud van rijksmonumenten te garanderen, wordt ingezet op onderhoud van molens. De provincie kan het onderhoud van historische windmolens verbinden aan de kwaliteit van de leefomgeving. Monumenten vertellen het verhaal van onze geschiedenis en geven identiteit aan de omgeving. Dat geldt in het bijzonder voor historische windmolens. Dat zijn iconen van Zuid-Holland. Onze provincie telt 223 complete molens, maar liefst een vijfde van het Nederlandse molenbestand. Ze zijn blikvangers in het landschap en op buitenlandse toeristen hebben zij een grote aantrekkingskracht. Voor hen zijn molens en Holland vrijwel synoniem. Voor ons zijn ze zo vanzelfsprekend dat we bijna vergeten dat we er wat voor moeten doen om ze in goede staat te houden en verder te benutten. De onderhoudssubsidie wordt voor een periode van zes jaar beschikbaar gesteld en sluit aan op de Subsidieregeling Instandhouding Rijksmonumenten (SIM) van het rijk. Hierbij wordt 37% van maximaal 72.500 euro aan subsidiabele kosten (dit is 26.825 euro per complete molen) over deze periode beschikt. Bij incomplete molens gaat het om een subsidiepercentage van 14% (= maximaal 10.150 euro per incomplete molen). Omdat voor het bepalen van het subsidieplafond het jaar van beschikken bepalend is, dient ieder jaar het plafond voor de onderhoudssubsidie te worden aangepast aan het aantal molens waarvan het 6-jaarlijkse cyclus zich in het laatste jaar bevindt. Een nieuwe subsidieaanvraag dient namelijk het jaar voorafgaande aan een nieuwe cyclus te worden aangevraagd. Voor 2025 gaat het om circa 35 molens en molenrompen die weer een nieuwe aanvraag zullen doen voor de periode 2026-2031. Nu de Subsidieregeling molens Zuid-Holland 2013 is gewijzigd en een herberekening is gemaakt van het aantal molens dat in 2024 en 2025 aanvraagt, kan het subsidieplafond omlaag met 100.000 euro. Dekking vindt plaats binnen de beschikbare structurele middelen van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en cultuur
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.2 Rijksmonumenten en historische molens in goede staat. Dit draagt bij aan de instandhouding van de monumentale molens in de provincie. Door het beschikbaar stellen van ondersteunende subsidies blijven de molens in goede staat en wordt het draaien met deze categorie erfgoed gestimuleerd, alsmede de vrijwilligers die de molens openstellen voor publiek. Het beleefbaar maken van de molens draagt bij aan een aantrekkelijk leef- en vestigingsklimaat t.b.v. een welvarend Zuid-Holland.
Het beschikbaar stellen van onderhoudssubsidies is een geschikte manier om het molenbehoud te ondersteunen en te stimuleren. Dit blijkt onder meer uit de evaluatie van de regeling door de Randstedelijke Rekenkamer uit 2018, die aangeeft dat de regeling doeltreffend is en het feit dat 97% van het Zuid-Hollandse molenbestand gebruik maakt van deze financiële middelen.
Voor § 2 Draaipremie het deelplafond van € 90.000 te verhogen met € 5.000 naar € 95.000.
De provincie draagt zorg voor het onderhouden en laten draaien van historische windmolens. Ze doet dit om te zorgen voor een beter beschermd, benut, en beleefbaar cultureel erfgoed. De provincie keert draaipremies uit om te stimuleren dat er gedraaid wordt met de molens. Stilstand is namelijk achteruitgang, daarnaast verlevendigt een draaiende molens het omringende landschap aanzienlijk. De vrijwilligers die de molens in beweging brengen, stellen de molens open voor bezoek, zodat de monumenten optimaal beleefd kunnen worden en inzichtelijk wordt gemaakt voor welk doel ze ooit zijn gebouwd. Omdat de Subsidieregeling molens Zuid-Holland 2013 is gewijzigd, dient het plafond met 5.000 euro te worden verhoogd. Dekking vindt plaats binnen de beschikbare structurele middelen van beleidsdoel 4.2 Erfgoed en cultuur.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 4.2.2. Rijksmonumenten en historische molens in goede staat . Dit draagt bij aan het behoud van monumentale molens in de provincie. Door het beschikbaar stellen van ondersteunende subsidies en draaipremies blijven de molens in goede staat en wordt het draaien met deze categorie erfgoed gestimuleerd, alsmede de vrijwilligers die de molens openstellen voor publiek. Het beleefbaar maken van de molens draagt bij aan een aantrekkelijk leef- en vestigingsklimaat t.b.v. een welvarend Zuid-Holland.
Het beschikbaar stellen van onderhoudssubsidies en draaipremies zijn geschikte en effectieve instrumenten om het molenbehoud te ondersteunen en te stimuleren. Dit blijkt onder meer uit de evaluatie van de regeling door de Randstedelijke Rekenkamer uit 2018, die aangeeft dat de regeling doeltreffend is en het feit dat 97% van het Zuid-Hollandse molenbestand gebruik maakt van deze financiële middelen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om het hoofdplafond vast te stellen op € 1.530.000 en deze op te nemen in de begroting.